De titel van dit artikel doelt niet alleen op de gelijknamige titel van een prachtige plaat van Marvin Gaye, maar af en toe vraag ik mij ook echt af wat een mens vandaag nog bezielt. Als jong vissertje werd het bij mij er al met de paplepel ingegoten om geen troep te maken aan de waterkant. Een plastic tasje waarin ik afval verzamelde ontbrak nooit in de tas en dit werd bewaard tot einde van de dag om deze in afvalbak te deponeren. Wanneer ik dan zaterdag 2 december de tijd vind om even op pad te gaan en besluit mijn eerste zeeforelsessie weer te gaan houden, constateer ik weer dat helaas niet iedereen de normen en waarden heeft meegekregen zoals ik.
Dit kan toch nooit de bedoeling zijn?
In en in triest vind ik het weer als ik de stekken aandoe en alle afval op de grond aantref. Zee aasbakjes, plastic tassen, lege blikjes, papier, proppen van nylon en gevlochten lijn, lege joint kokers, visdoeken, etc, etc.
Zelfs wiet aan de waterkant?
Ik probeer mij rustig te houden en raap eerst een plastic tas van de grond die ik tot de nok vul met alle rotzooi die ik van de grond kan rapen. Ook komt er regelmatig een schaartje van pas voor de vele meters vislijn en geparkeerde kunstaas die ik tussen de stenen moet wegknippen. Bizar dit gewoon! Na een flinke dosis opruimen begin ik toch maar te vissen, want daarvoor ben ik tenslotte gekomen, maar de boeitjes op diverse interessante stekken verraden dat dit weinig zin zal hebben.
Zucht ...
Noodgedwongen verplaats ik mij weer naar een andere stek, maar na ruim twee uur vissen geen enkele aanbeet. Ik besluit even een pauze in te lassen, wat noodzaak is met slechts 2 graden en volledige mist. Bij de koffie en koek bekijk ik de vreemde creaties maar weer eens van het geparkeerde kunstaas. Later zal ik dit ook netjes in de afvalbak gooien.
Mijn aanblik tijdens de koffie
Ook een blik op mijn telefoon waarbij ik via-via een foto ontving van een stelletje die flink hebben huisgehouden op ondermaatse zeebaars stemt mij niet veel vrolijker.
Ondermaatse baarsjes die nooit meer voor nageslacht gaan zorgen
Als ik dan toch met goede moed terug loop naar de stek en begin te werpen krijg ik uit het niets een aanbeet die ik volledig mis. Ook enkele worpen later volgen er weer een paar voorzichtige tikken en als ik dan uit het niets voor mij een zeeforel zie draaien, denk ik dat ik weet met wie ik te maken heb. Niets is echter minder waar, want wanneer het iets steviger begint te stromen krijg ik een paar harde aanbeten uit het niets waarbij de hengel in één keer krom wordt getrokken. Zodoende weet ik drie mooie zeebaarzen te vangen en los er nog eens twee. Eén van deze vissen was denk ik een zeeforel gezien de stijl van vechten, maar kon dit niet bevestigen daar deze niet lang genoeg bleef hangen.
Volgevreten baars
Omdat de flow er lekker in zit gooi ik snel nog maar een keertje, want dergelijke momenten kunnen ook zomaar weer over zijn. Al direct op de worp na de laatste gevangen zeebaars knalt er en weer iets op. Ditmaal zie ik direct dat het een zeeforel is. Door mijn hengel laag te houden weet de vis niet echt het oppervlak te vinden en ook net voor de kant lukt het de zeeforel niet om los te komen ondanks de krokodillendraaien. Gelukt..de eerste zeeforel van het nieuwe seizoen is weer een feit!
Weer een feit!
Het is net einde laag water en de stroming gaat er ineens rap uit. Hierdoor vallen de aanbeten snel weg en ook al vis ik dan door tot het eerste opkomende tij, er gebeurt niets meer. Het is ongelofelijk koud en ik snak naar warmte en haak dus na ruim 5 uur vissen af. Enigszins optimistisch begin ik aan de terugreis naar huis, maar nog altijd met in het achterhoofd hoe mensen met de natuur omgaan. Op mijn touchscreen klik ik op USB en speel Marvin Gaye af met What’s going on?
Marcel de Ruyter